terug
(IDSN, 24-9-2014)

Duizenden Dalits protesteren tegen aanvallen en discriminatie in Pakistan


Tijdens een massaal protest marcheerden 15.000 hindoes, voor het merendeel Dalits, door de straten van Karachi. Zij drongen er bij de provinciale regering van Sindh (Pakistan) op aan om in te gaan op hun eisen voor maatregelen om de toenemende discriminatie van hindoes in de regio te stoppen.

  foto: PILER


Moorden, ontvoeringen en gedwongen bekeringen
Het protest werd aangewakkerd door de moord in Umerkot op twee hindoe-handelaren uit de gemarginaliseerde Malhi-gemeenschap. De moorden volgden op een reeks van aanvallen op niet-moslim gemeenschappen in de vorm van moorden, ontvoeringen, gedwongen bekeringen en aanslagen op gebedshuizen. Het protest werd geleid door Mr. Lal Malhi, een lid van het nationale parlement van Pakistan op voor minderheden gereserveerde zetels.

Umerkot, waar de niet-islamitische bevolking in de meerderheid is, wordt meer en meer een middelpunt van gerichte aanvallen tegen de hindoe-gemeenschap. Veelvuldige moorden, ontvoeringen en gedwongen bekering van hindoe-vrouwen leiden tot massale uittocht van de lokale bevolking uit het gebied. Tijdens de algemene verkiezingen van vorig jaar werd de hindoe-gemeenschap opnieuw geconfronteerd met bedreigingen van invloedrijke elementen die niet-moslims het stemrecht probeerden te ontzeggen. Er is echter weinig aandacht voor de dreiging tegen de lokale gemeenschap, noch hebben de provinciale en de federale overheden maatregelen genomen om de problemen van de lokale bevolking aan te pakken.

Benarde situatie Dalits in Sindh
Het document met eisen dat door de demonstranten aan de regering werd overhandigd bevatte een aantal belangrijke maatregelen die moeten worden genomen om de aanvallen op Dalits en andere minderheidsgroepen in Pakistan te beëindigen. Het document vroeg om extra aandacht voor de benarde situatie van Dalits in Sindh, een bijzonder kwetsbare groep die wordt gediscrimineerd. De demonstranten eisten ook snel dringend onderzoek naar de voortdurende humanitaire crisis in de Thar woestijn, om de onderliggende sociale, economische en politieke oorzaken van het probleem en de groeiende onvrede in de regio aan te pakken.

De demonstranten verzochten de regering bovendien om uitvoering van de historische uitspraak van het Hooggerechtshof van Pakistan in mei 2014, waarin de opperrechter de regering opdroeg om een Nationale Raad aan te stellen voor de rechten van minderheden. Ook droeg het hof de regering op om een speciale politiemacht te vormen voor de bescherming van gebedsplaatsen van minderheden én haatdragend materiaal te verwijderen uit de onderwijsprogramma's. Ze eisten maatregelen genomen om alle aanbevelingen, waaronder de handhaving van de beleid met betrekking tot reserveringsquota voor minderheden in alle overheidsdiensten, uit te voeren.

Eisen geaccepteerd
Naar aanleiding van het protest en een ontmoeting met een commissie waarin ook de organisatoren van de protestdemonstratie deelnamen accepteerde een commissie van de Sindh regering, bestaande uit 3 ministers en hoge ambtenaren, alle eisen in het document. De overheid van Sindh stemde ook in met de vorming van een gezamenlijke commissie voor de uitvoering van alle eisen en suggesties.
De regering heeft ook schriftelijk toegezegd dat er geen strafmaatregelen zouden worden genomen tegen de demonstranten en de organisatoren voor het organiseren van een demonstratie in Karachi. Na de ondertekening van de overeenkomst werd de demonstratie afgeblazen met een veelbelovend resultaat om werk van te maken. Er waren 15000 demonstranten - volgens het Pakistan Dalit Solidarity Network (PDSN) was 80% van hen Dalit.


Meer informatie:

laatste wijziging: